OLG Kopergietery

Deze week dinsdag voerden we in de foyer van de Kopergietery een onderwijsleergesprek met leerlingen die net het toneelstuk ‘Remember Me’ gezien hadden. Ik slaagde erin negen leerlingen uit het vierde middelbaar rondom mij te verzamelen en ging met hen naar mijn werk dat omhoog hing bovenaan de trap.

Mijn groepje leerlingen bestond voornamelijk uit meisjes en ze werkten heel goed mee. Het was wel wat moeilijk om de aandacht van de hele groep te krijgen, terwijl ik luisterde naar het antwoord van een paar van hen begonnen de anderen onder elkaar te babbelen. Ik trachtte verschillende leerlingen aan het woord te laten en kreeg meestal min of meer de antwoorden die ik verwachtte. Dit is de vragenlijst die ik met hen overliep:

***

Indruk van het toneelstuk:

- Wat vond je van het toneelstuk dat je net gezien hebt? (heel goed, het sprak de leerlingen echt aan)

- Waarover ging het stuk, was er een bepaald thema aanwezig? (pesten, ..)

- Kun je mij enkele personages uit het stuk opnoemen? (Mira, Cedric, het liefje van Cedric, de wezens met de maskers, …

- Wat was de verhouding tussen de personages?

- Is er een bepaald personage dat je bijgebleven is, die echt een indruk op je gemaakt heeft? (Cedric viel op door zijn gedrag, de leerlingen vonden de wezens met de maskers niet leuk en een beetje eng, …)

- Wat zou je doen als er iemand zoals Mira of Cedric bij jou op school zou zitten?

Over mijn werk:

- Hoeveel verschillende figuren zie je hier? (vier)

- Wie kan deze figuren eens beschrijven? (gevleugeld brein met masker, drie geblinddoekte hoofden)

- Zijn er bepaalde elementen die je herkent uit het toneelstuk? (het masker, het wc-papier)

- Kun je de personages beschrijven die het masker droegen? Wat deden ze, wat was hun rol in het toneelstuk? (ze vertelden stukken van het verhaal, ze konden de toekomst voorspellen en ingrijpen in gebeurtenissen, …)

- Vergelijk hun rol nu met de bovenste figuur in dit werk. Worden de eigenschappen van deze personages hier op een bepaalde manier weergegeven? Zo ja, hoe? (ja, het brein staat voor kennis, de grote ogen tonen aan dat ze veel zien, …)

- Als we nu terug kijken naar het geheel, welke van de vier figuren lijkt het belangrijkst en waarom? (het gevleugeld brein met masker, het is groter afgebeeld en staat boven de andere figuren)

- Wat kun je me vertellen over wat de figuren in dit werk kunnen ‘zien’? (de drie onderste zijn geblinddoekt en zien niks, de bovenste figuur heeft grote, donkere slangenogen)

- Die hoofden onderaan, wat voor hoofden zijn dat eigenlijk? Zie je er iets bijzonders aan of zijn ze eerder gewoon? (het zijn gewone mensenhoofden)

- Vergelijk ze dan met de figuur bovenaan, ziet die er heel menselijk uit? Waarom wel of niet? (nee, de figuur heeft een zichtbaar brein waaruit vleugels komen en de ogen hebben een spleet als pupil)

- Zijn de figuren op een bepaalde manier met elkaar verbonden? Zo ja, welke? (ja, de drie geblinddoekte hoofden hangen met WC-papier vast aan de bovenste figuur)

- Wat zou deze verbinding willen zeggen over de relatie tussen de figuren, hoe gaan ze volgens jou met elkaar om? (de bovenste figuur heeft macht over de onderste drie en kan ze beheersen)

- We zijn nu tot de conclusie gekomen dat de bovenste figuur niet-menselijk is, veel weet en veel kan zien. Hij kan de onderste figuren, de gewone mensen die niks zien, beheersen en controleren. Wat voor soort ‘wezen’ beeld deze figuur volgens jou dan uit? (de Dood, magisch wezen met controle over ‘het lot’, …)

- Als jij ook een werk over het toneelstuk zou moeten maken, zou je er hetzelfde element uitkiezen als ik? Welke andere elementen of gebeurtenissen vind je leuk of interessant om iets rond te doen? (pesten, mensen met een beperking, …)

***

Het was een interessante ervaring om eens op deze manier met leerlingen te praten. Ik ben alleszins blij dat de leerlingen goed meewerkten en op al mijn vragen een antwoord konden geven.